Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [16]Alle vogelen des hemels nestelden op zijn takjes, en alle dieren des velds teelden onder zijn scheuten; en alle grote volken zaten onder zijn [17]schaduw. 16. Hebreeuws, alle vogels nestelden, en zo alle dieren wierpen jongen, of teelden: dat is, allerlei, of vele volken waren onder zijn gebied en heerschappij; alzo Dan.4:12. 17. Beschutting, of protectie nemende tot hem hunne toevlucht; vergelijk Ps.91:1; alzo onder vs.17.